“Ik kreeg na een paar maanden toch weer heimwee naar de zorg en solliciteerde op een vacature bij mijn oude stagebedrijf om daar te gaan flexen. Ik ging werken op de woning waar ik voorheen stagegelopen had en op een paar dagbestedingslocaties. Na 1,5 jaar werd mijn contract niet verlengd omdat er niet genoeg uren beschikbaar waren. Ik vond dit erg jammer en baalde enorm, je bouwt na 3 jaar een echte band op met de bewoners.”
Droomdoelgroep
En dus ging Quincey weer op zoek naar werk, maar nu wist ze wel wat ze graag wilde. “Ik had via zorgwerk kennisgemaakt met mijn droomdoelgroep. Een doelgroep waar ik al mijn liefde en creativiteit kon inzetten. Een doelgroep die ook veel verzorging nodig heeft dus dat stukje barstende energie komt dan ook weer van pas.”
“Zo kwam ik uit bij SDW, ik solliciteerde op een open vacature voor wonen. Tijdens het gesprek kwam het logeerhuis ter sprake en zij vonden mij daar wel passen. Ik hoorde logeerhuis en dacht gelijk aan kinderen. Klonk erg leuk maar ook niet weer helemaal mijn doelgroep, ik werkte het liefst met volwassenen.”
In een deuk
Na een paar dagen kreeg Quincey vanuit het logeerhuis een berichtje met de vraag of ze eens wilde komen kijken. “Het was zaterdagmiddag net na de lunch, een client stond midden in de woonkamer met zijn rolstoel. Hij stond daar als een soort center van attention met zijn grote glimlach. Begeleiders Yolanda en Wilma vertelden een paar grappige dingen over hem, dat je goed moet uitkijken want hij schopt je met zijn rolstoel als je te dichtbij staat. Weer een hele grote glimlach; hij lag in een deuk. Het was precies wat ik zocht: de gezelligheid, de liefde voor de cliënten. Ik wilde werken op een plek waar de client een stem heeft en met mensen die dat eren.”
Dat het logeerhuis doordeweeks gesloten was en werktijden vooral in het weekend waren, was voor Quincey ideaal. “In het weekend is mijn partner vrij en kan dan bij de kinderen blijven. Bij mijn vorige baan deden we het ook zo en doordeweeks kon ik dan extra uren maken voor de flexpool van SDW. Op deze manier zie ik ook andere takken van dit vak. Soms met piepjonge kindjes en de andere dag met de oudste oudjes van SDW.”
Magische plekken
“De leukste plek van SDW blijft voor mij wel echt het logeerhuis", zegt Quincey zonder enige twijfel. “Begrijp mij niet verkeerd, andere plekken zijn ook magisch. Maar het logeerhuis heeft iets speciaals wat ik nog nergens anders ben tegengekomen. Wat het precies zo speciaal maakt, weet ik ook niet.”
Mogen leren
"Ik kom bij SDW heel veel dingen tegen die ik nog moet leren en mag leren. Er zijn heel veel extra vaardigheden die je jezelf mag aanleren via bijvoorbeeld het online leerplein. Het zijn vaardigheden die goed zijn voor de kwaliteit van zorg en voor je zelfontwikkeling. Vaardigheden die je een nog betere professional kunnen maken en je ergens in kunnen laten specificeren. Ik vind bijna alles leuk en bijna alles spreekt mij aan dus probeer voortaan één ding tegelijk bij te leren.”
“Op dit moment ben ik vooral bezig om een goede collega en medewerker te worden. Ik leer door te kijken naar mijn collega’s en daar mijn eigen werkwijze van te maken. Ik heb nog veel te leren. Daar waar ik sommige dingen nog lastig vind en vergeet, gaat het mijn collega’s lijkt wel perfect af. Maar die doen het ook al zo lang. Het zijn echte toppers en ik leer graag van ze; feedback ontvangen en hier iets mee doen is daarom ook erg belangrijk. Verder ben ik bezig met een cursus beroepsfotografie, deze vaardigheid zet ik graag in om mijn liefde en passie voor deze doelgroep te kunnen delen.”
Verbinden
Ik ben altijd trots als ik de cliënten een leuke dag heb kunnen bezorgen en met ze heb kunnen verbinden. Ik vind verbinden erg belangrijk. Door te verbinden maak je echt contact met de cliënt en kun je de grootste glimlachen verwachten; echte 'Awh'-momentjes.